Franciscanessenklooster Nazareth, Oirschot


De geschiedenis van klooster Nazareth
van de franciscanessen van Oirschot

In 1452 wordt vanuit Achel, gelegen in het huidig Belgisch Limburg, een klooster gesticht in het Noord-Brabantse Dommelen. In de tijd van de Reformatie (16e eeuw) is er veel kritiek op de weinig verheffende levenswijze van een groot deel van de religieuze stand. De roep om hervormingen in kerk en klooster is volop gaande.

Ook kloosterlingen in het klooster van Dommelen willen terugkeren naar striktere orderegels. De kloosterzusters zijn overwegend wereldse zusters; zij leven volgens de regel van de reguliere Derde Orde van Sint-Franciscus, welke dateert uit begin 13e eeuw.

De kloosterlingen van deze orde leggen geen formele kloostergelofte af. Doorgaans leven zij wel samen in een klooster, maar zij kunnen ook zelfstandig wonen. Zij verplichten zich tot gebed, tot werken van naastenliefde en barmhartigheid, tot het geven van aalmoezen en tot een sobere levensstijl. Zij worden ook wel penitenten-recollectinen genoemd. De kloosterlingen richten zich in slotkloosters voornamelijk op bezinning en gebed.

In 1662 wordt vanuit Dommelen klooster Nazareth gesticht in Weert, een veiliger plek voor de kloostergemeenschap in die tijd. In 1674 wenst de kloosteroverste de regel te volgen van de penitenten-recollectinen van de Derde Orde. Dit houdt een strenger kloosterleven in; de kloosterlingen richten zich op het contemplatieve, waarin meditatie over het lijden van Jezus Christus een belangrijke rol inneemt. Dat vereist stilte en afzondering, waarbij het klooster door ommuring afstand neemt tot de buitenwereld. De kloosterkleding wordt uniform.

Keizer Frans-Jozef II, vorst over de Zuidelijke Nederlanden, besluit eind 18e eeuw alle kloosters te sluiten. Dat betekent een bedreiging voor het voortbestaan van het klooster in Weert. Om als klooster bestaansrecht te hebben wordt de voorwaarde gesteld, dat het klooster van maatschappelijk nut is. Om hieraan te voldoen en om in eigen onderhoud te voorzien wijden de kloosterzusters zich aan onderricht voor meisjes. Dit in tegenspraak met de wens tot afzondering.

Ook onder het bewind van Napoleon worden vanaf 1794 opnieuw kloosters vervolgd, gesloten en van hun inventaris beroofd. In 1797 worden de zusters uit Weert verdreven. Zij raken over diverse plaatsen verspreid.
Een aantal vestigt zich in Oirschot, geboortestad van één van hen. Er wordt een woonhuis gehuurd in de Koestraat. Spoedig sluiten meerdere zusters zich aan in de Koestraat.

In 1801 wordt het huis met het pand ernaast aangekocht en klooster Nazareth in Oirschot gesticht. Er wordt tevens een kloosterkapel gebouwd.

Door een windhoos in 1902 wordt deze kloosterkapel zodanig beschadigd, dat overwogen wordt om een nieuwe, uit baksteen opgetrokken kapel neer te zetten.

Het klooster richt zich op onderwijs voor meisjes: beginnend bij naaionderricht en in de decennia daarna kleuter- en basisonderwijs, voortgezet onderwijs en zogenoemde kweekschool (pedagogische opleiding).
Naast de onderwijsgebouwen wordt ook een pensionaat voor meisjes toegevoegd. Zo groeit klooster Nazareth van de franciscanessen van Oirschot uit tot een uitgebreid complex, waarvan het inmiddels ommuurde klooster deel uitmaakt.

Door onenigheid tussen kloosterbestuur en het bisdom van ’s-Hertogenbosch omtrent het gezag over het klooster te Oirschot wordt door bisschop Johannes Zwijsen in 1862 de Regel van Contemplatie weer ingevoerd. Het pensionaat moet daarom gesloten worden.

Pas in 1891, en later ook nog in 1926, vinden veranderingen plaats die een definitief karakter krijgen, dat van onderwijs en van het verzorgen van zieke en oude mensen.
In 1905 wordt het Sint-Elisabethgasthuis gesticht waar bejaarde religieuzen worden verzorgd. De taken die rusten op de franciscanessen zijn zwaar; naast het contemplatieve kloosterleven vergen ook de naar buitengerichte werkzaamheden aandacht en energie.

In de zestigerjaren van de 20e eeuw vinden veel veranderingen plaats in de roomskatholieke kerk en religieuze wereld. Door terugloop van toetreding tot het kloosterleven en de intrede van vergrijzing van de kloosterbevolking nemen steeds meer niet-religieuze organisaties de maatschappelijke taken zoals onderwijs en verzorging over.

In 1975 is de Stichting Kloosterverzorgingshuizen Amalia van Solms opgericht. Er wordt in 1995 een nieuwe vleugel voor de zusters aan het klooster gebouwd.
Sinds 2006 draagt de organisatie de naam ‘Amaliazorg’.
In hetzelfde jaar is het schoolgebouw bij het klooster omgebouwd tot een complex van zorgappartementen met de naam ‘De Oirsprong’.
Drie jaar later, in 2009, wordt de bouw van woonzorgcentrum ‘Kempenhaeve’ in het klooster voltooid en opengesteld voor leken (niet-religieuze ouderen).

meer informatie :


volgende : Franciscus