Karmelietessenklooster Blijendaal, Oirschotgeschiedenis van het klooster BlijendaalOm te beginnen de naam van het klooster. De schrijfwijze is in de loop der eeuwen niet consistent. In de documenten worden de volgende variaties gebruikt: Bleijendael, Bleijendaal, Blijendael, Blijendaal. De oorsprong van klooster Blijendaal ligt in het karmelietessenklooster te Antwerpen,
waar meisjes uit gegoede kringen hun opvoeding genieten. Het huis ondergaat een verbouwing en er wordt een kapel toegevoegd.
De Staatse autoriteiten geven daarbij als restrictie, dat er geen ramen aan de
straatzijde mogen komen. Na de verbouwing verhuizen Maria van Valkenisse en enkele van haar medezusters
naar dit nieuwe klooster. Dit wordt beschouwd als een zogenoemd buitenhuis.
Het moederklooster in Antwerpen is een gesloten kloosterdomein, afgezonderd
van de buitenwereld, ontoegankelijk voor buitenstaanders. In 1658 sterft de Heilige Non. Enkele jaren later, in 1663, verlaat de karmelietessenorde het pand om zich in de Zuidelijke Nederlanden (huidige België) te vestigen. Blijendaal wordt weer een woonhuis. Pas in 1931 komen de karmelietessen met het stichten van de Karmel Sint-Josef
weer terug in het gebouw Blijendaal na moderne aanpassing. Architect Hendrik
Willem Valk (1886-1973) breidt het gebouw hiertoe uit aan de zijkant. Het huidige klooster Blijendaal herbergt sinds 1991 ook een verpleeghuis voor bejaarde karmelietessen. Het is ontworpen door architect Lanfermeier en is een officieel Klooster Verzorgingshuis (KVH). meer informatie : volgende : de kapel van het klooster |
![]() |