St. Lambertus, Maren Kesselde geschiedenis van de kerk
De St.-Lambertuskerk in Maren-Kessel wordt in 1951 gebouwd door architect J.A. de Reus uit Oss ter vervanging van de parochiekerken van Maren en Kessel, die beide in de Tweede Wereldoorlog zijn beschadigd. Het is een driebeukige basiliek (bouwwijze waarbij de middenbeuk hoger is dan de zijbeuken, zodat in de zijwanden van de middenbeuk vensters kunnen worden aangebracht) met een toren boven het priesterkoor. De architectuur is gebaseerd op de principes van de Bossche School. De grondlegger van de Bossche School, de benedictijner monnik Hans van der Laan (1904-1991), ontwikkelde de leer van het ‘plastische getal’. Hierbij wordt de architectonische vormgeving bepaald door een systeem van getalsverhoudingen. Tussen 1946 en 1973 verzorgt hij in ’s-Hertogenbosch een driejarige architectuuropleiding – vandaar de benaming Bossche School. Kenmerkend voor de Bossche School is een sobere bouwstijl waarbij baksteen, beton en hout worden gecombineerd. Het muurwerk is doorgaans dik, met diepe dagkanten (zijkanten van muuropeningen) en brede vensterbanken. Kerken van de Bossche School zijn veelal gemodelleerd naar vroegchristelijke basilieken in Italië. Dit alles zien we terug bij de St.-Lambertuskerk. De voorgevel van het gebouw heeft een groot timpaan (driehoekig gevelveld) met een zandsteenreliëf. In het midden is de Drie-eenheid (Vader, Zoon, Heilige Geest) voorgesteld, daaromheen de vier evangelistensymbolen: leeuw (Marcus), gevleugeld mens (Matteüs), stier (Lukas) en adelaar (Johannes). In de benedenhoeken bevinden zich de patroonheiligen van de voormalige kerken in Kessel en Maren: Antonius Abt en Lambertus. meer informatie :
volgende : de glazeniers |
![]() ![]() |