Jacobus de Meerdere, Den Dungen


De ramen

In de kerk van Den Dungen bevinden zich zowel ornamentele ramen als figuratieve ramen.

De meeste ornamentramen zijn door parochianen geschonken tijdens het pastoraat van pastoor Th. van Beek (1892-1914). Het grote ornamentraam in de voormalige torenkamer, de huidige orgelruimte, is een schenking uit 1899 van de pastoor zelf. Tussen 1900 en 1902 worden drie ornamentramen aangebracht in de doopkapel (sinds 1965 Mariakapel) en zeven aan de linker- en rechterzijde van het priesterkoor. Van de ramen in het priesterkoor, voorzien van eucharistische symbolen, zijn er zes bij de verbouwing in 1927 door Joseph Cuypers korter gemaakt.

In 1910 worden nog zeven ornamentramen geplaatst in de congregatiekapel. Al deze ramen zijn van het Roermondse atelier F. Nicolas & Zonen en de meeste zijn vermoedelijk vervaardigd door G. Mesterom, die daar eerst als glasschilder en later als chef d’atelier in dienst is.

De figuratieve glas-in-loodramen in de zijbeuken en -kapellen, de dwarspanden en de apsis dateren van 1926-1930. Ze vervingen eenvoudige ramen uit 1859, opgebouwd uit vierkante, in lood gezette glasruitjes. Ook deze ramen zijn van de firma F. Nicolas & Zonen en naar het schijnt heeft Cuypers een aantal ontwerpen gemaakt. De lokale geschiedschrijving noemt ook Max Weiss, die voor het atelier van Nicolas heeft gewerkt, als mogelijke ontwerper, maar onduidelijk is op welke gronden. Weiss, geboren in 1910, was toentertijd nog zeer jong voor een dergelijke opdracht. Nader onderzoek zou kunnen uitwijzen wat zijn inbreng precies is geweest.

Pastoor P. Goulmy (pastoraat 1924-1941) heeft in elk geval de onderwerpen voor de glas-in-loodramen aangereikt: scènes uit het leven van de patroonheilige Jacobus, de apostelen en regionale en lokale kerkgeschiedenis. Enkele namen van schenkers zijn op het glas vereeuwigd. Waar dat niet het geval is, zijn de ramen gefinancierd uit anonieme donaties in de offerbus.

Met de reeks apostelen in de zijbeuken is iets bijzonders aan de hand. In de evangeliën (de vier boeken van het Nieuwe Testament waarin het leven en de leer van Jezus zijn beschreven) is sprake van een twaalftal apostelen; hier zijn er evenwel veertien afgebeeld. Paulus en Barnabas horen niet bij de oorspronkelijke groep.

De figuratieve ramen verlaten het stramien van de late negentiende en vroege twintigste eeuw. Er is geen sprake meer van religieuze tableaux vivants onder baldakijnen in gotische stijl, zoals bijvoorbeeld in Berghem, Lith, Lithoijen en Huisseling, waar hetzelfde atelier werkzaam was. In de scènes uit het leven van Jacobus is de dieptewerking enigszins teruggedrongen, en de baldakijnen hebben plaatsgemaakt voor decoratieve toevoegingen die nauwelijks nog naar reële architectuur verwijzen. Boven in de apostelramen verschijnen zelfs tapijtachtige ornamenten met een zweem van art deco. Hoewel eenvoudig van opzet, zijn de apostelramen zeer sprekend dankzij de geprononceerde gezichten, handen en voeten.

De geschiedenisramen ten slotte zijn atypisch en wisselend van kwaliteit. Hier gaat het vooral om de illustratie van het katholicisme in Brabant en Den Dungen door de eeuwen heen.

Tussen 2000 en 2003 zijn bijna alle glas-in-loodramen gerestaureerd door Atelier d’Alsace te Lanaken (B) onder leiding van Benoît Prick.

De glazeniers

F. Nicolas & Zonen

Frans Nicolas sticht in 1855 in Roermond een atelier voor gebrandschilderd glas. Aanvankelijk voert hij vooral restauratieopdrachten uit, maar al snel maakt hij ook veel nieuwe ramen.

Zijn samenwerking met de architect P.J.H. Cuypers, die talrijke kerken bouwt in die periode, draagt hier in belangrijke mate aan bij en zijn bedrijf groeit uit tot het grootste in zijn soort van Nederland. Aanvankelijk zijn de ontwerpen vooral van Frans Nicolas zelf, maar aan het eind van de negentiende eeuw worden ook andere – vaak buitenlandse – ontwerpers ingeschakeld.

Door de toegenomen vraag naar gebrandschilderd glas krijgt het atelier een fabrieksmatige organisatiestructuur. Zo worden het tekenen van het ontwerp, het vervaardigen van het karton (ontwerp op ware grootte), het glas snijden, alsmede het beschilderen, branden en in het lood zetten van de ramen door gespecialiseerde ambachtslieden uitgevoerd. De nadruk ligt op neogotisch werk, maar atelier F. Nicolas kan leveren in alle mogelijke stijlen. Er wordt garantie afgegeven voor de degelijkheid van het werk.

In 1880 worden de beide zonen van Frans, te weten Charles en Frans jr., vennoten in het bedrijf, dat voortaan de naam F. Nicolas en Zonen gaat voeren. Frans jr. is vooral werkzaam als ontwerper en Charles heeft de zakelijke leiding. Het atelier is actief in heel Nederland, maar ook over de grens en probeert zelfs voet aan de grond te krijgen in de Verenigde Staten. Tal van glazeniers en kunstenaars vinden er een leerschool.

Vanaf de jaren twintig van de twintigste eeuw vervaardigt ook Joep Nicolas, een zoon van Charles, ontwerpen voor het bedrijf. Hij ontwikkelt zich algauw tot een van de belangrijkste Nederlandse glazeniers van zijn tijd, met een beweeglijke, schilderachtige stijl waarin neogotiek geen rol meer speelt. Elementen uit de vrije kunst worden door hem in de glasschilderkunst geïntroduceerd.

De Duitser Max Weiss neemt het atelier over als Joep Nicolas in 1939 naar de Verenigde Staten emigreert.

Atelier d’Alsace

Atelier d’Alsace is in de jaren zestig van de twintigste eeuw opgericht door Benoît Prick en gevestigd in Lanaken (B). Sinds het overlijden van Benoît Prick in 2006 wordt het bedrijf voortgezet door Joëlle Prick. Er werken circa vijftien Nederlandse en Belgische vaklieden.

meer informatie :

  • Carine Hoogveld : Glas in lood in Nederland 1817-1968
  • wikipedia
  • Dubbel DVD Restauratie: Kerk 1995 / Glas in lood 2003 / Kruisweg 2003 - eigen beheer H. Jacobuskerk


volgende : de verering van Jacobus de Meerdere
vorige : de geschiedenis van de kerk